Interview en artikel voor CIS jubileum in 2009

social media poeh

In december 2009 werd ik geïnterviewd door Jos Cortenraad. Onderstaand artikel was bestemd voor publicatie in het jaarboek van CIS in Weert, maar toen het bedrijf in zwaar weer kwam is de druk van het jaarboek niet doorgegaan. Inmiddels is het bedrijf overgenomen en bestaat niet meer.

U Twittert nog niet? Dan staat u toch zeker met een profiel op Facebook? Op LinkedIn dan? En Schoolbank, jawel. En uw kinderen natuurlijk op Hyves of Habbo. De opmars van social networking is onstuitbaar. Meer dan dertig procent van de internetgebruikers is actief op een van de social media. De oudere generatie is er niet zo van gecharmeerd, maar de jongere van nu des te meer. Communiceren via de pc en liever nog via smartphone of tablet is doodgewoon. We zijn (bijna) allemaal permanent online. We kijken op de buienradar of het regent, we ontslaan medewerkers en maken een einde aan de relatie met een (ex-) geliefde via sms of zelfs Twitter. En veelal kan gewoon iedereen meekijken. Moeten we daar nu zo blij mee zijn? Pierre van Mouche (1960) haalt zijn schouders op. “Dat is niet de vraag, want het is niet tegen te houden. De maatschappij verandert. Jongeren kijken totaal anders tegen communicatie aan. Zij zijn veel opener en hebben veel oude normen en waarden overboord gegooid. Het boeit ze niet als er pikante foto’s van henzelf op het net verschijnen. Of persoonlijke informatie. ‘Weten ze ook dat ik goed in bed ben …’, zei laatst een jongedame tegen me, nadat ik een behoorlijk pikante foto van haar en twee jongens op de Facebook van een van die jongers had gezien. Zelf ben ik wat terughoudender met persoonlijke gegevens, maar ik ben dan ook van 1960 (…)”

Social networks

Pierre van Mouche is van origine chemisch analist, maakte in 1986 de overstap naar de informatietechnologie en studeerde naast zijn drukke baan bij DSM bedrijfswetenschappen aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Eind 2008 verruilde hij na 28 jaar het Limburgse chemiebedrijf voor het zelfstandig ondernemerschap. Vanuit The InterAct Group is hij breed actief. Zo adviseert hij voor de CIS Group ondernemingen bij het (her)inrichten van hun organisatie, het optimaliseren van processen en het stroomlijnen van de informatiehuishouding. Hij is initiatiefnemer en mede-eigenaar van bStaffed, een detacheringsbureau voor finance profesionals. En hij is professioneel coach, freelance docent aan de post-HBO opleiding SLB in Maastricht, verzorgt gastcolleges en begeleidt start-ups. Hij is maatschappelijk betrokken, is voorzitter van een zwemvereniging en hij blogt. Ook social networking heeft zijn belangstelling. “Omdat ik de open communicatie heerlijk vind, maar ook omdat ik regelmatig tegen serieuze beveiligingsvraagstukken aanloop. Zo constateer ik dat mensen heel makkelijk gegevens op het internet zetten waar ze later spijt van kunnen krijgen. Terug naar het voorbeeld van pikante foto’s. Je kunt nog wel besluiten een foto waarop je schaars gekleed bent in je profiel te plaatsen dat alleen voor je vrienden toegankelijk is, maar wat als je ex-vriendje dat plaatje gewoon voor iedereen toegankelijk publiceert of zelfs pornografische plaatjes van jou op het net gooit? Voor je het weet staat alles vrij toegankelijk op meerdere sites en krijg je het er nooit meer van af!” En dat is slechts één voorbeeld van de ongewenste effecten van social media.

“We maken het kwaadwillenden wel erg makkelijk. We vertellen op social media wanneer we op vakantie zijn en dat ons huis onbewaakt is. We zetten een foto van onze nieuwe TV of audio installatie en van de schitterende 27” iMac op Facebook. En met een beetje geluk treft de potentiële inbreker zelfs foto’s aan waarop hij kan zien waar de detectoren van het alarmsysteem zijn geplaatst. Kunnen we het ze nog  gemakkelijker maken?

We zijn zo gemakkelijk te verleiden. Een telefoontje op een druk moment om even in te loggen met bankgegevens omdat er zogenaamd iets mis is, we doen het zomaar. We geven creditcardnummers door, sofinummers, PIN-codes, wachtwoorden, enzovoort. Gevoelige gegevens zijn openbaar omdat we ze zelf op de sociale media plaatsen. We roepen wel altijd dat internet beter beveiligd moet worden. maar als we er zelf alles opgooien is dat écht dweilen met de kraan open.”

Beveiliging

Wat niet wegneemt dat ook Pierre van Mouche pleit voor goede technische beveiliging. ”Natuurlijk. Beveiliging van informatie is altijd een kritische factor. Je moet je met wachtwoorden en encryptie wapenen tegen de criminaliteit. Het is ook hoe je tegen de dingen aankijkt. Een auto is gevaarlijk. Er kunnen ongelukken mee gebeuren. De opbrengsten van de auto wegen echter zwaarder dan de gevaren. Wat we dus moeten doen is de veiligheid verbeteren, de risico’s managen. Nog een paar jaar en we hebben allemaal adaptive cruisecontrol in onze auto’s zodat de kans op ongelukken sterk afneemt. Veiligheid heeft echter ook alles te maken met eigen gedrag. En ons online gedrag is nog niet voldoende ontwikkeld.”

Door onveilig gedrag kunnen dus persoonlijke zaken ongewenst op het net terecht komen. Of worden bankrekeningen geplunderd door criminelen. Maar dat is nog niet alles. De invloed van sociale media op gedrag wordt steeds groter. Pierre van Mouche heeft een paar sprekende voorbeelden. “Na het echec met de DSB-bank vond een Twitteraar het leuk om slecht nieuws te verspreiden over de SNS-bank. Als een lopend vuurtje verspreidde het gerucht zich dat de SNS onder curatele gesteld zou worden. Duizenden Twitterden het verder. Er werd zelfs al spaargeld weggehaald. De directie zag zich genoodzaakt de geruchten tegen te spreken. Online kuddegedrag kan echter ernstige gevolgen hebben.”

Vindbaar

Nog een, kleinschaliger, voorbeeld wat een berichtje teweeg kan brengen. Een vrouw werd geschorst nadat ze op Hyves de zorginstelling waarvoor ze werkte had vergeleken met een dierentuin. “Let op wat je op het net zet. Zelfs op je persoonlijke pagina’s die alleen door zogenoemde vrienden bekeken kunnen worden. Alles is vindbaar en kan tegen je gebruikt worden. Werkgevers gebruiken de profielen om sollicitanten te screenen. En bij sollicitanten voor zijn eigen bedrijf bStaffed, maakt Pierre dankbaar gebruik van LinkedIn om het CV van de sollicitant te controleren en referenties te checken. Maar ook kijkt hij of Facebook en Hyves, en dan ziet hij wel eens een dronken kop, losbandig gedrag en ander minder voor publicatie geschikt gedrag. Zo’n kandidaat bij een opdrachtgever aanbieden wordt niet altijd gewaardeerd en kan bStaffed een opdracht kosten en de kandidaat diens baan!”

Tegenhouden is geen optie meer, zegt Pierre van Mouche die overigens frequent Twittert, op Facebook staat en vele honderden relaties op LinkedIn heeft. “Nee, bovendien ben ik ervan overtuigd dat het delen van kennis en informatie ons sneller naar een hoger niveau van technologie brengt en zelfs economische en sociale voordelen met zich meebrengt. De voorbije decennia hebben dat bewezen. In twintig jaar zijn we op vrijwel alle gebieden harder vooruitgegaan dan de voorafgaande honderd. Misschien dat het tempo op termijn wat afzwakt, maar voorlopig worden chips nog steeds sneller en apparaten intelligenter. De mensheid wordt steeds slimmer, heeft toegang tot meer kennis en produceert steeds efficiënter. Er komt een dag dat er voor iedereen op deze aardbol voldoende voedsel is. En dat geld niet meer van belang is omdat alles beschikbaar is.”

Vooruitgang

“Dat klinkt utopisch en ik weet ook wel dat er nog vele oorlogen gevoerd zullen worden om macht en bezit. Maar in the end geloof ik in technologie, vooruitgang en in een betere mens. Ik geloof ook heilig in social networking. Het zijn de netwerken die je in staat stellen snel aan goede informatie te komen. Stel, je wordt gevraagd een plan te maken voor de ontwikkeling van een nieuw product, het organiseren van een reis of zelfs het bouwen van een winkelcentrum. Jonge generaties chatten met hun contacten op Twitter en speuren via LinkedIn naar deskundige mensen. Ze vergaren kennis omdat ze snel deskundigheid weten te alloceren over de hele wereld.

 

Auteur:  Jos Cortenraad
Website: www.bccommunicatie.nl