Studiefinanciering? Een slecht idee!

Lenen voor je studie betekent later terugbetalen. Je zult keuzes moeten maken vanuit de terugbetaalgedachte en niet vanuit je beste carrière stappen. De vermogende ouder-kinderen hebben dus een voorsprong en worden alleen maar vermogender. Elke vorm van lenen voor je studie bevordert dan ook verschillen in onze samenleving. Is dat wat wij willen?

Heel wat jaren geleden studeerde ik economie; nou-ja, bedrijfseconomie. Maar dat past alleen maar beter in dit artikel. In economie bestudeer je (niet alleen onder meer maar ook vooral) samenlevingen die op financieel gewin zijn gebaseerd. En laten we maar meteen héél duidelijk zijn: vooralsnog is dát waar het in onze samenleving om draait. In ieder geval nu nog!

Financieel gewin. Als we dat nu eens als uitgangspunt nemen en aanvullen met korte termijn en lange termijn denken. Daar kun je dan je concurrentiepositie in meenemen, het aantrekken van vreemd vermogen, aandelen emissies en obligatieleningen, overname of acquisitie, divestments en optieregelingen voor het hoger management. Meenemen kun je ook duurzaam ondernemen en milieuvriendelijk produceren, of (als tegenhanger) offshoring en de productie verplaatsen naar lagelonenlanden waar we kinderarbeid en werken onder extreem ongezonde omstandigheden geen enkel probleem vinden. Job hoppen past er eigenlijk ook goed bij, vooral bij absurd hoge oprotpremies zoals we kennen van banken die er een zootje van maken om vervolgens de directie met een paar zielige bonussen af te schepen – soms moet je niet alles letterlijk opvatten wat ik schrijf (…)

Shareholder value is zo’n modewoord geweest, maar (na die internet bubbel, financiële crisis en banken-ellende) met beide voeten terug op de aarde, hebben we het nu toch écht alleen over Stakeholder value. Oftewel  – ja hoor – financieel gewin.

Oeps, foutje: ik bedoel financieel gewin op korte termijn. Dus niks lange termijn investering in een goede toekomst voor ons allen. We leven immers nu en niet in de toekomst. Dus laten we die toekomst dan ook maar nú opvreten. Wat morgen leeft, leeft morgen … of niet.

En dat zien we ook in het onderwijs:

  • Waar we in het verleden iedereen gelijke kansen boden, hebben we nu studiefinanciering. Gewoon leningen die je straks moet terugbetalen. En daar moet je wel even bij stilstaan als je je studie begint (als je geen papa of mama hebt die het voor je betalen). Oftewel: niks gelijke kansen.
  • We vergroten het verschil tussen rijk en minder rijk (Ik krijg het nóg niet over het hart om in ons Nederland over arm te spreken). Het zijn niet langer de slimsten die we alle studiefaciliteiten geven (…) en daarmee halen we niet meer het maximum uit hun kunnen. Het zijn nu de meest vermogenden.
  • We stoppen steeds meer kinderen in één klas. Hoe de docent(e) het voor elkaar moet krijgen om elk van hen de aandacht te geven die hij/zij nodig heeft, is wellicht niemand duidelijk. Resultaat: overspannen of op z’n minst gefrustreerde leerkrachten, kinderen die nét dat beetje extra aandacht niet krijgen en daardoor de boot missen. En ook kinderen die onvoldoende worden uitgedaagd omdat ze moeten wachten op andere kinderen, en die dáárdoor de boot gaan missen.
  • Het aanbod neemt af: waar we in het verleden nog speciale scholen hadden, moet tegenwoordig bijna elk kind ‘gewoon mee’. Want ze zijn toch allemaal gelijk; zelfs die kinderen die dat niet zijn.

In het verleden spraken we over gelijke kansen voor iedereen (…) zonder studiefinanciering en dus zonder leningen die moeten worden terugbetaald., niks leningen terug moeten betalen. En ja, we  hadden ook eeuwige studenten, maar die waren écht in de minderheid.

Welke malloot gaat mij nu proberen wijs te maken het een goed idee is om jongeren de samenleving in te sturen met een studieschuld? Hebben we ze niet al genoeg schulden op hun schouders geladen door generaties lang onverantwoord met onze staatsschuld, pensioenen en met het milieu om te gaan?

Ja, ik wacht op antwoord …